Dit voorjaar publiceerden we het artikel Van boek tot bibliotheek, waarin beschreven werd welk traject een boek aflegt voor het in de bibliotheek verkrijgbaar is om uitgeleend te kunnen worden. Dat leverde al snel de vervolgvraag op: wanneer gaat een boek úit de collectie? Op basis waarvan wordt dat bepaald? Tijd dus voor een vervolgartikel.
Droge cijfers
Saneren is belangrijk voor een collectie, want dat houdt de collectie up-to-date. Als er niet gesaneerd wordt, dan zie je dat al snel in de kast aan de verouderde rugbanden; nieuwe titels vallen dan niet meer op.
Eerst even de droge cijfers. In het Gezamenlijk Collectieplan 2020-2024 van de Koninklijke Bibliotheek staat de afspraak dat lokale bibliotheken jaarlijks 10% van hun collectie vervangen. Dus 10% aanschaffen en 10% saneren. Voor De tweede verdieping, die een collectie heeft van ongeveer 65.000 fysieke boeken, betekent dit dat er per jaar zo’n 6500 boeken gekocht én gesaneerd worden. De collectie groeit namelijk in principe niet.
Aanpak
Saneren dus, maar hoe pakken we dat aan?
We weten dat er 6500 exemplaren gesaneerd mogen worden. Eerst maken we een rapportage van de uitleencijfers van de verschillende collectieonderdelen. Daarna wordt berekend hoeveel exemplaren er per collectieonderdeel gesaneerd kunnen worden. Dit doen we niet alleen op basis van de uitleencijfers, omdat er meer zaken zijn om rekening mee te houden. Als bibliotheek moet je sommige boeken gewoon hebben, ook al is er weinig vraag naar. Het kan zijn dat er weinig vraag is naar de collectieonderdelen Gedichten of Bedrijf & Beroep, maar ook voor degenen die die boeken willen lenen, hebben we titels in huis. Niet elk boek hoeft een ‘bestseller’ te zijn.
Criteria
Na het vaststellen van de saneercijfers gaan we gedurende een jaar alle collectieonderdelen een keer nalopen om te kijken welke titels er gesaneerd kunnen worden. Daarbij worden, afhankelijk van het collectieonderdeel, verschillende criteria gehanteerd:
- ouderdom van een boek. Een bibliotheekboek gaat gemiddeld tien jaar mee. Maar dat wil niet zeggen dat alle bibliotheekboeken na tien jaar afgeschreven worden. Soms is een titel te belangrijk om te hebben, dus houden we die in de collectie ook al is het exemplaar ouder dan tien jaar.
- actualiteit. Kloppen de gegevens nog in een boek? Denk bijvoorbeeld aan theorieboeken voor het rijbewijs of reisgidsen. Deze boeken worden eerder afgeschreven dan tien jaar.
- uitleencijfers. Sommige boeken moet je gewoon hebben, maar andere titels kunnen gesaneerd worden als ze al jarenlang niet meer geleend zijn.
- uiterlijk van het boek. Dit geldt bijvoorbeeld voor de prentenboeken. Die worden zo intensief gelezen door de kinderen (gelukkig maar) dat die meestal de tien jaar niet halen. Voor die tijd zijn de bladzijden al gescheurd of anderszins beschadigd..
- hoeveelheid exemplaren van een auteur. Sommige auteurs zijn zo belangrijk voor de literatuur, bijvoorbeeld Simon Vestdijk, dat je titels daarvan in de collectie moet hebben, maar tegelijkertijd hoef je niet het complete oeuvre te hebben, dus oude exemplaren worden dan gesaneerd.
- hoeveelheid exemplaren van een titel .Soms is een boek zo’n hype dat je veel exemplaren van een bepaalde titel moet hebben om aan de vraag te kunnen voldoen. Maar een paar jaar later, als iedereen het boek al gelezen heeft, is het voldoende om 1 of 2 exemplaren van dat boek te hebben in plaats van 8.
- hoeveelheid exemplaren van een onderwerp. Als er meer dan voldoende boeken zijn over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld tekenen, dan kunnen de oudste gesaneerd worden.
Boekensale
En dan zijn er ook nog zaken om in de gaten te houden zoals: is het boek een onmisbaar onderdeel van een serie? Kortom, saneren is mensenwerk. Twee keer per jaar organiseren we een grote verkoop van de afgeschreven boeken: vlak voor de zomervakantie en vlak voor en tijdens de decembermaand. Een laatste kans om toch nog aan dat ene boek te komen. En met de opbrengst kopen we nieuwe boeken. Zo is de cirkel weer rond.